Danny Devos uit Borgerhout is een pionier van de performancekunst. Als beeldhouwer manifesteerde hij zich vaak met grootschalige installaties waarin hij onderzoek deed naar seriemoordenaars. Hij ziet parallellen tussen de misdadiger en de kunstenaar als outsider.
Het consequente oeuvre dat Devos sinds 1979 opbouwde, is gebaseerd op een aangroeiend archief. De Borgerhoutse Galerie S&S, die zich specialiseerde in de relatie tussen boek en kunst, nodigde Devos uit om een expositie op te bouwen rond de publicaties die hij verzamelde en de boekenkunstwerken die hij zelf uitgaf.
The Collector, die nog tot 14 februari loopt, is geen archieftentoonstelling geworden, maar een retrospectieve in zakformaat. Er zijn sleutelwerken te zien zoals Tower of Crime (1987), een kleine gevangenis voor misdaadboeken, en twee (van de 24) hakkende machines uit The Family, Devos' evocatie van de beruchte clan van Charles Manson.
Hoe document, sculptuur en persoonlijke research samengaan, tonen vitrines rond Blauwbaard en graaf Dracula. Devos bezocht hun kastelen in Frankrijk en Roemenië en bracht er souvenirs uit mee. Met de Amerikaanse seriemoordenaar John Wayne Gacy voerde hij dan weer een briefwisseling. Als personage duikt Devos op in twee misdaadromans van de Franse auteur Romain Slocombe.
De hoofdbrok van de expositie wordt gevormd door de verzameling die Devos aanlegde van uitgaven van The Collector, het debuut van John Fowles uit 1963. De roman beschrijft nauwgezet hoe een contactgestoorde persoon overgaat tot misdaad.
Ter gelegenheid van de expositie maakte Devos een editie waarin zijn oeuvre en stukken van de roman spontaan in elkaar vloeien.