Prime Time
Een professor is geen kunstenaar
Cultuurprijzen van de Vlaamse Gemeenschap staan ter discussie

Ward Daenen in De Morgen, Tuesday 8th February 2005, Belgium.


'Mauro Pawlowski is dit jaar genomineerd voor de Cultuurprijs Muziek. Wel, hij past niet in dat hokje'

Gaat een Leuvense socioloog aan de haal met de Cultuurprijs Beeldende Kunst 2004? Professor Rudi Laermans is in elk geval genomineerd, samen met een kunstenares en een kunstcriticus. Twee weken voor de feestelijke uitreiking van de Cultuurprijzen Vlaanderen, in het Brugse Concertgebouw, is er vanuit verschillende hoeken kritiek op Laermans' voordracht. En of de professor zelf blij is met de nominatie is zeer de vraag.

Vorige week maakte cultuurminister Bert Anciaux (Spirit) telkens drie genomineerden voor negen Cultuurprijzen Vlaanderen 2004 bekend, netjes verdeeld over de verschillende disciplines en elk goed voor 12.500 euro. In de categorie Beeldende Kunst staan Herman Asselberghs, Ana Torfs en Rudi Laermans op de shortlist. Asselberghs is als onderzoeker, criticus en kunstenaar de omnivoor van het gezelschap, Torfs gooide eind vorig jaar hoge ogen met een internetproject in de prestigieuze DIA Art Foundation in New York en Laermans is zoals gezegd cultuursocioloog aan de KU Leuven. "Vanuit deze positie", zo verantwoordt de jury onder voorzitterschap van Francis Smets haar keuze voor Laermans, "heeft hij op een indrukwekkende manier de basis gelegd van een kritisch-analytisch discours in Vlaanderen." De jury haalt vervolgens zijn opmerkelijkste publicaties van de voorbije jaren aan: behalve essays over David Claerbout en Dan Van Severen ook Het cultureel regiem. Cultuur en beleid in Vlaanderen (2002), waarin hij een overzicht geeft van het huidige beleid en een aantal toekomstige ontwikkelingen schetst, en Een omgeving voor actuele Kunst. Een toekomstperspectief voor het beeldende-kunstlandschap in Vlaanderen (2004).

"Op grond van die analyse zou je eerder denken aan de driejaarlijkse Cultuurprijs voor Kritiek en Essay, vorig jaar nog toegekend aan Geert Buelens", oordeelt Dorian van der Brempt, directeur van Boek.be en gewezen kabinetsmedewerker van cultuurministers Anciaux en Van Grembergen. "Die zou Laermans meer recht doen dan de prijs Beeldende Kunst, want de professor zet zijn discours ook al jarenlang in voor theater en dans."

Er is nog een tweede probleem, merkt de Antwerpse kunstenaar Danny Devos op. Laermans heeft Een omgeving voor actuele Kunst niet alleen geschreven. "De Cultuurprijs Beeldende Kunst heeft betrekking op 2004. Zijn belangrijkste wapenfeit van dat jaar is Een omgeving voor actuele Kunst, dat hij evenwel samen met zijn Leuvense collega Pascal Gielen heeft geschreven. Gielen en Laermans zouden dus samen genomineerd moeten zijn."

De kunstenaarsvereniging NICC levert ook kritiek. De NICC-voorzitster richt haar pijlen vooral op de inhoud van het boek. Anne Decock: "Wij gunnen Rudi Laermans van harte een cultuurprijs, maar deze lijkt een beloning voor Een omgeving voor actuele Kunst. Die studie wordt gepresenteerd als een overkoepelende studie van het kunstenlandschap. Dat is ze evenwel niet. Ze is vooral gedacht vanuit de kunstinstellingen (bijvoorbeeld musea zoals het S.M.A.K. en het Muhka, WD). Kunstenaars en hun creatieproces staan daarbij op de achtergrond. Een cultuurbeleid moet niet alleen recreatieve organisaties bedienen maar ook structuren voor individuele kunstenaars creƫren (via bijvoorbeeld een doctoraat in de kunsten, waarover Laermans en Gielen niet schrijven, WD)", aldus nog Decock, die opmerkt dat er in deze jury Beeldende Kunst "weer geen kunstenaar" zat en "wel veel mensen die aan kunstinstellingen gelinkt zijn". Naast voorzitter Smets omvatte de jury inderdaad curatoren als Roland Patteeuw en Kurt Vanbelleghem en de Leuvense academica Hilde Van Gelder.

Volgens Danny Devos is de rigoureuze opdeling in disciplines als beeldende kunst en film de bron van alle kwaad. "De cultuurprijzen sluiten niet meer aan bij de praktijk. Laermans is daar een voorbeeld van. Hij verdient lof voor zijn bijdragen aan de beeldende kunst, maar ook voor die van theater en dans. Ander voorbeeld: Mauro Pawlowski is dit jaar genomineerd voor de Cultuurprijs Muziek. Maar muziek maken gaat verder dan met je groep op een podium staan. Mauro heeft vorig jaar met Anne-Mie (Van Kerckhoven, Devos' echtgenote, vorig jaar winnares van de Cultuurprijs Beeldende Kunst, WD) een multimedia-installatie gemaakt, momenteel schrijft hij muziek voor een theaterproductie. Het klassieke patroon van de kunstenaar in zijn of haar bepaalde discipline klopt niet meer. En daarom moet de overheid de Cultuurprijzen - die ik heel hoog acht - herdenken. Men zou in de lijn van het kunstendecreet, dat de schotten tussen de disciplines wil opheffen, tien of vijftien prijzen voor een verdienstelijke culturele daad kunnen invoeren", vindt Devos. Het voorbeeld van Pawlowski is overigens niet toevallig gekozen: Devos speelt samen met hem en Van Kerckhoven in de band Club Moral.

Op het kabinet Cultuur erkent men het probleem. "Het getuigt van visie en moed om naast kunstenaars ook een onderzoeker te nomineren", zo verdedigt Hans Martens, adviseur beeldende kunst, de voordracht van Rudi Laermans. "Men durft over de muurtjes kijken." Martens geeft evenwel toe dat het huidige systeem tegen volgend jaar "geƫvalueerd en eventueel herzien" zal worden. "Maar laat dat het feest van deze cultuurprijzen alstublieft niet verbrodden."

Rudi Laermans was gisteren niet bereikbaar voor commentaar, maar hij zou naar verluidt verveeld zitten met de zaak. Mauro Pawlowski was er gisteren evenmin. "Hij repeteert voor een toneelstuk", klonk het.




1848